„Dankzij mijn ‘grote’ stage op de Hogere Tuinbouw School is Japan mijn tweede vaderland geworden”, blikt Evert van Zanten terug op zijn niet-afgemaakte studie in Utrecht. Zijn laatste jaar was 1985 en door persoonlijke omstandigheden stapte hij zonder diploma in de tuinbouwsector „Ik heb een half jaar stage gelopen in Japan en ik herinner mij dat zo’n lange periode buiten Nederland niet in goede aarde viel bij de schoolleiding. Maar mede dankzij die stage kon ik aan de slag als vooruitgeschoven post van de bollensector in Japan. Formeel was ik in dienst van het IBC, toen de collectieve promotie-organisatie van de bollensector. Er waren veel partijen bij betrokken. Daardoor had ik veel bazen. Of dat een nadeel was? Eigenlijk niet, want ik kon daardoor altijd wel voorstanders van mijn plannen en ideeën vinden”, zegt Van Zanten lachend.
Na vijf jaren in Japan te hebben gewerkt startte hij zijn carrière bij wat nu Onings Holland Flowerbulbs heet en waar de Noord-Hollander uit Anna Paulowna (‘de zandgronden hè’) nu directeur is.
„Japans spreek ik redelijk en ik kan me goed genoeg redden. Zeker vier keer per jaar, als er tenminste geen coronamaatregelen zijn, kom ik er. Prachtig land en interessant, daarom is het mijn tweede vaderland”, licht hij toe.
Hij vindt dat hij door zijn periode op de Utrechtse tuinbouwschool een bredere kijk heeft gekregen en is in zijn loopbaan nog heel regelmatig medestudenten tegengekomen. „En nog altijd, zo’n reünie is daarom best iets dat bij mij past. Tot 18 juni, zou ik zeggen.”
